Vreemde Mysteries

De wetenschap is er zeker van: zo;n 13000 jaar geleden staken de eerste mensen vanuit Azie de Beringstraat over en bereikten zo Alaska waarna ze het continent in de loop van eeuwen bevolkten. Dus voor die tijd was Amerika het domein van dier en plant, maar niet van de mens. Maar toch. Bij archeologische opgravingen in Mexico troffen de onderzoekers dierlijke botten aan, met nog speerpunten erin. Ouderdom? 240000 jaar! Maar dat kan toch niet?   Omdat er geen menselijke resten zijn teruggevonden wordt deze ontdekking ‘genegeerd’. Maar kan het niet zijn dat er hier sprake is van een uitgestorven mensensoort net zoals de Denisovamens die in  Siberië leefde tot zo’n 40000 jaar geleden en ook nog eens op dezelfde plek als de Neanderthaler en de huidige mens (Deel-III, H.14).

In de media worden we ermee doodgegooid, de Aarde warmte op en dat komt omdat de mensheid veel te veel CO2 produceert. Geen bier en cola meer drinken dus. Het moet echt minder! Maar hoe weten we het zo zeker dat CO2 de Aarde opwarmt? Niet, is het antwoord. Ja, er zijn theoretische modellen en hele ingewikkelde computerprogramma’s die dit effect ‘bewijzen’. Maar elk theoretisch model moet met experimenten in de praktijk bewezen worden. Einstein kreeg pas gelijk nadat vastgesteld was dat licht van sterren door de zon worden afgebogen. Helaas, er is geen experiment die bewijst dat opwarming van de atmosfeer door kooldioxide veroorzaakt wordt. Wat ook waar is is dat eigenlijk altijd waar CO2 geproduceerd wordt, tegelijkertijd ook warmte geproduceerd wordt. Dus de Aarde warmt op omdat we de Aarde opwarmen. En nog vreemder: historische gezien verandert de kooldioxideconcentratie in de atmosfeer na een verandering van de temperatuur en wel met een vertraging van 800 jaar. En korte termijn effecten laten zien dat CO2-toename 3 tot 5 maanden achterblijft op temperatuursverandering. Dus is er niet iets heel anders aan de hand? We leven nu in een ‘interglaciaal’, een tijdperk tussen twee ijstijden. Maar in eerdere interglacialen werd de wereld temperatuur ook hoger, soms zelfs hoger dan nu (Deel-III, H.12).

Het zou op een van de Sumerische kleitabletten staan, een planeet - Niburu - veel groter dan de Aarde maar wel veel verder weg. Die zou in een elliptische baan onder een hoek met het vlak van de andere planeten rond de zon draaien. En nog fascinerender: die planeet zou bewoond zijn en die bewoners zouden de Aarde bezoeken als ze in de buurt waren. Vanzelfsprekend laat zich dit allemaal niet bewijzen – zo’n planeet staat wel erg ver weg – maar daarom is het nog niet onmogelijk. Des te verrassender is het wetenschappelijke bericht in 2016 dat wiskundige berekeningen aantonen dat er een reuzenplaneet moet zijn die wel 10 keer groter is dan de Aarde, ver weg, in de uiterste regionen van de Kuipergordel. Dus toch? Zijn we dan niet alleen in het heelal? Hebben we buren, in ons eigen zonnestelsel? (Deel-III, H.13).

Reuzen, hebben ze echt bestaan> Was Goliath een reus? Waren er meer reuzen zoals hij? Ramses-II was 30 cm langer dan de gemiddelde Egyptenaar in die tijd, was hij een reus? De eerste ontdekkingsreizen langs Zuid-Amerika op weg naar Indië verhalen van reuzen in Patagonië. Waar zijn die gebleven? In Noord-Amerika zijn er talloze berichten van reuzenvolken, wat is daarvan waar? En waarom kent de Anglicaanse bijbel wel ‘reuzen’ terwijl de Katholieke versie van dezelfde tekst er een andere betekenis aan geeft? Wat zit hierachter? (Deel-III, H.15)

Het fascinerende verhaal van Atlantis is een van de grootste mysteries waar de wetenschap geen raad mee weet. Het was Plato, een Griekse wijsgeer die leefde van 427 – 347 v.Chr. die het verhaal heeft opgeschreven. Hij verzon het niet zelf, maar het stamt oorspronkelijk uit Egypte van priesters die vonden dat de Grieken als kinderen waren die hun geschiedenis niet kenden. Atlantis was een groot eiland, machtig en rijk, en had een leger van wel meer dan 1 miljoen man. Maar de Grieken wisten die te weerstaan. Maar dan vernietigt een gigantische catastrofe Atlantis door ‘een afwijking in de hemellichten die zich om de aarde bewegen, met een lang tijdsverloop, door hevige hitte optredende verdelging’. Waar Atlantis gelegen heeft blijft een raadsel. Maar kijken we goed naar de overeenkomst tussen de kusten van Europa, Afrika en Amerika dan is er wel degelijk een plausibele verklaring (Deel-II, H.3)

Wie kent niet het verhaal van Noah. De man die door God was uitverkoren en opdracht kreeg om een boot te bouwen en met zijn familie en talloze dierenparen aan boord te gaan. Het begon te regenen en er kwam een geweldige vloed opzetten die dagen aanhield en zo hoog steeg dat de hoogste bergen onder water verdwenen. Alle levende wezens kwamen om. Alleen Noah en de zijnen overleefden de wereldramp. Het staat in het Oude Testament, in het boek Genesis.

Kan het echt gebeurd zijn? De wetenschappers denken van niet maar die waren stom verbaasd toen er in Sumerië kleitabletten werden opgegraven met eenzelfde verhaal, alleen heette Noah niet Noah maar Atrahasis (of Ziusudra). Die tabletten zijn duizenden jaren oud, veel ouder dan het Oude Testament.  En is het echt onmogelijk? In Amerika weten de autochtonen te verhalen van enorme sneeuwval die alle bossen deed verdwijnen. De wereld heeft wel vaker een catastrofale ramp meegemaakt. Ooit was de hele Aarde bevroren (“snowball earth”), en 250 miljoen jaar geleden brandde de hele wereld af en verdween 95% van al het leven. Een grote vloed is dan zeker niet onmogelijk (Deel-II, H.9)

Een van de grootste mysteries aller-tijden is de vondst van stenen vazen in Egypte. In en nabij de piramide van farao Djoser in Sakkara, zo’n 30 km ten zuiden van Cairo, zijn duizenden stenen vazen gevonden. Deze stenen vazen en schalen stammen uit een tijd van vóór 2800 v. Chr. Deze vazen zijn gemaakt van de hardste steensoorten zoals dioriet, gneiss en graniet en vereisen het gebruik van zeer harde gereedschappen zoals diamantboren, diamant slijptollen en (cilinder) boren e.d. Maar in die tijd bestonden dit soort gereedschappen niet. Het wiel was nog niet uitgevonden, ijzer kende men nog niet, laat staan boren, zagen en draaitafels. Toch hebben vele van deze stenen voorwerpen een perfecte vorm, vaak zuiver cirkelsymmetrisch (Deel-1, H.4)

Waarom is farao Cheops de bouwer van de Grote Piramide? Het klassiek antwoord is dat er in de bovenste kamer boven de Koningskamer een cartouche is aangetroffen die naar die farao verwijst. Maar het merkwaardige is dat toen Howard Vyse op Zaterdag 27 Mei 1837 zich met grof geweld toegang verschafte naar deze ruimte hij er nog niets bijzonders aantrof.  Op Maandag 29 Mei 1837 werd de kamer nu goed bekeken en men trof er merktekens van steengroeven aan en rode lijnen. Maar plotseling, op Dinsdag 30 Mei werden er hiëroglyfen aangetroffen. Zelfs met een cartouche. Het teken dat verwees naar de naam van een farao was een cirkel met een dikke punt in het centrum. Tegenwoordig is het een cirkel met 3 horizontale streepjes en die verwijst naar de naam ‘Cheops’. Wat is er in de laatste dagen van Mei in 1837 werkelijk gebeurd daar in die donkere ruimte in de top van de Grote Piramide? (Deel-I, H.7) 

In 1976 werd de mummie van farao Ramses-II (1279-1212 v.Chr.) overgebracht naar Parijs. De mummie bevond zich in een deplorabele toestand en als niet onmiddellijk werd ingegrepen zou de mummie snel volledig vergaan. Er werd een multidisciplinair onderzoeksteam aan het werk gezet en een half jaar later kon de mummie, gerestaureerd en gesteriliseerd weer terugkeren naar Cairo. Men kwam van alles te weten over deze bijzondere farao, maar op één ding was men niet voorbereid: Ramses was een kettingroker! Onmogelijk! Tabak was totaal onbekend in die tijd in Egypte, zo denken de Egyptologen dat met zekerheid te weten. Maar goed, het was maar één mummie, dus daar zal wel een verklaring voor zijn. Maar in 1992 werd hetzelfde ontdekt.

In het begin van de jaren ’90 begon het Egyptisch Museum in Munchen met een onderzoek om na te gaan in hoeverre het waar zou zijn dat Egyptenaren in de oudheid verdovende middelen gebruikt hadden, hiertoe aangezet door de vele decoratieve lotusbloemen die in veel tempels worden aangetroffen. Dr Svetla Balabanova, een beroemde toxicoloog van het Forensisch Medisch Instituut in Ulm (Duitsland), onderzocht op verzoek van het museum de negen mummies en vond, tegen alle verwachtingen in, een overvloed aan nicotine en cocaïne. Deze drugs komen van de tabaksplant, respectievelijk de cocaplant; planten die alleen in Amerika bestonden en voor dat Columbus Amerika ontdekte, onbekend waren.(Deel-I, H.9).